Doorgaan naar hoofdcontent

Fighting Dragons



Langzaam dringt de werkelijkheid tot me door. Langzaam, want ik bevind me in een tweestrijd tussen waan en werkelijkheid. De medicijnen die ik toegediend krijg, zorgen voor wanen. Dat begrijp ik achteraf. Wanen zijn 'draken'. Ze spuwen hun vuur over je uit, zonder enig mededogen. Ze komen en gaan naar eigen 'goeddunken'. Ze nemen je 'in'. Ik kan nu zeggen, dat mensen die door schizofrenie of dergelijke getroffen worden werkelijk in een hel moeten leven. Je ervaart nachtmerrie-achtige taferelen als waar, terwijl de rest van de wereld jouw waarheid ontkent. Alsof je gek bent.....Werkelijkheid en waan wisselen elkaar af. Een wereld in een wereld. Twee levens voor de prijs van een.

Mensen die ik lief heb buitelen over me heen. Ze praten liefdevol. Ik zie tranen. Een hoop tranen. Vreemd als mensen tegen je praten terwijl je niets terug kunt zeggen. Probeer dat maar eens in real-life: volstrekt onmogelijk. Nogal willoos ook. Afhankelijk tot op het bot. Letterlijk en figuurlijk. Ik kan het allemaal niet goed bevatten. Vanaf het moment dat mijn ogen open gegaan zijn heeft angst zich meester van mij gemaakt. Dat wat anderen gedurende de afgelopen twee weken hebben verwerkt, begint voor mij nu pas.  Met terugwerkende kracht. Ik lig hier als een kasplant. Niets kan ik: niet bewegen, niet praten, niet ademhalen. Volledig afhankelijk van mensen en machines. Het besef dat maar iemand een 'foutje' hoeft te maken en floep: uit ben je. Dat is eng, doodeng. 14 'Lijnen' houden mij in leven. Ze kronkelen vanonder mijn deken vandaan. Ik lig in een vreemd blauw ziekenhuis-hemdje. Raar ding. Niet eens ondergoed. Dat kan niet omdat er die 'lijnen' lopen. Vanuit mijn slagaderen. Er zitten 'kroonsteentjes' in mijn lies en hals. Van daaruit kunnen heel gemakkelijk verschillende 'lijnen' aan- en afgekoppeld worden. Handig. Via een andere lijn krijg ik sonde-voeding binnen, via mijn neus naar mijn maag. De beademing zorgt voor zuurstof. In-uit-in-uit. Dorst. Alsof ik weken in de woestijn zonder water heb doorgebracht. Zo'n dorst. Geef me water. Ik heb er zelfs wanen over. Over ijs, waterijs. Hele ruimten vol. Waar iedereen zich aan tegoed doet. Behalve ik. Ik word geweerd. Ik mag niet. Via een heel klein sponsje mag ik wel wat water op mijn tong. Ik zuig het op tot elke vorm van vocht eruit gezogen is. Tot het sponsje verdroogt in mijn mond brokkelig achterblijft. Vies, maar absoluut de moeite waard. Geen water dus, ook niet via een rietje. De tube is ergens in de afgelopen twee weken verplaatst van mond naar hals. Blijkbaar heb ik 'm tijdens de eerste dagen coma uit mijn mond getrokken. Een reflex. Achteraf begrijp ik dat ze mijn handen toen vastgebonden hebben aan het bed; hoezo dwangbuis. Uiteindelijk is besloten de beademing via een snee in mijn luchtpijp te laten lopen. Dat je lucht in- en uitademt zonder dat dat proces via je mond of neus verloopt. Als je je dat probeert voor te stellen, lukt dat niet eens. Althans, zelfs mij nu niet meer. Nou ja, een beetje nog. Als dit zo blijft, dan wil ik dood. Echt. Zo kan ik niet leven tot ik een natuurlijke ouderdoms-dood sterf. Dat kan ik niet. Sterker nog, dat wil ik niet.

Stuk ben ik. Gebroken. Mezelf volledig kwijt. Binnen twee weken ben ik verworden van 'wie' naar 'wat'.

Na een aantal dagen staat er een mevrouw aan mijn bed. Fysiotherapie zegt ze. Ze vraagt me, in bijzijn van iemand van de verpleging, of ik een beetje rechtop kan zitten. Ze verstellen mijn bed. Prima. O nee, ik word duizelig. Niet een beetje, nee, heel erg duizelig. Terug maar weer. Ze neemt mijn voeten in haar hand. Ze beweegt ze voorzichtig. Of ik een beetje kracht wil zetten. Lukt ook niet. De minste druk, hoe ik ook mijn best doe. Heel langzaam, met heel veel oefeningen en tijd begint er iets meer kracht terug te keren in mijn lichaam. Na enige tijd vragen ze me na eerst tien minuten zitten, te gaan staan. Nog steeds besef ik het allemaal niet helemaal. Ik ga staan. En zak ter plekke neer, recht op de ziekenhuisvloer. Als een in elkaar gezakte dweil. Alle waardigheid voor de zoveelste keer weg. Hoe hard. Keihard.

Ik huil. Ik huil zoals ik nog nooit heb gehuild. Zonder te stoppen. Aan een stuk door. Dagen aaneen. Al het verdriet en alle pijn vinden dan eindelijk hun weg naar buiten. Om het verlies. Om mijn allesoverheersende verlangen naar Lief en kleine Lief. Heimwee. Naar wie ik was. Als een ui, ontdaan van al haar rokken. Wat blijft er dan over? Behalve zijn?





Reacties

Populaire posts van deze blog

Leef Tijd

Bill Viola - 'Nantes Triptych', 1992 Deze week word ik zeven. De precieze datum weet ik niet zo goed. Maar he, wie herinnert zich de dag waarop hij geboren werd nou eigenlijk. Het is dat het je verteld is. Mijn geboortedag staat in mijn ziel gegrift, maar de datum deed er niet zo toe geloof ik. Naar het schijnt leek het of mijn ogen groen waren. Wat ze niet zijn. Maar dat is tenslotte bij baby's altijd het geval. Die kleuren met de tijd.  Ik ben dus twee keer jarig. Een keer officieel en ik keer in gedachte. De laatste gaat aan anderen voorbij. Maar niet aan mij. Ieder jaar juich ik een beetje. T liefst met een taartje met kaarsjes erop. Ook in gedachte. Ik stierf toen ik dertig was. En toen ineens deed ik het weer. Surprise!! Er is iets met leeftijd. Hoe vaak vragen mensen je hoe oud je bent. Best regelmatig. Waarom eigenlijk? Ik denk om iemand in een hokje te kunnen plaatsen. Dan weet je ongeveer in welke fase van het leven iemand zich bevindt. Om er ver...

Vallen en Opstaan

Als je mijn eerdere blogposts hebt gelezen, dan kan je daaruit wel opmaken dat ik niet echt een rustige, gezellige, voedende jeugd heb gehad. Ik kan daar nog heel wat laadjes over opentrekken, maar niet nu. Het gegeven is er nou eenmaal. Je kiest je leven als kind niet uit. Je beland in een gezin met haar eigen context. Met vooral altijd en eeuwig een glimlach naar de buitenwereld. Keurig, netjes, alles op orde. Niet. Ik kan wel stellen dat ik psychisch en lichamelijk onderuit ben gegaan. Op verschillende momenten in mijn leven. Wat meer en vaker dan de meeste mensen. Schat ik zo in. Waardoor ik op diverse momenten me een eenling heb gevoeld. Ik wist meer van het leven dan de meeste van mijn leeftijdgenoten. En aangezien dat dan niet aansluit voel je je daar alleen in. Niet dat iemand dat denk ik gemerkt heeft. Ik heb me altijd goed kunnen 'aanpassen'. Te goed ben ik bang. Ik heb gedurende mijn jeugd geleerd me aan te passen naar de buien, gemoedstoestanden van anderen. D...

To Hell and Back Again

(English Version: scroll down!) Er zijn momenten dat ik mensen zo ontzettend graag iets duidelijk wil maken. Maar dat dat dan gewoon niet lukt. Hoe ik ook mijn best doe, het komt niet over zoals ik zou willen dat het over moet komen. Er zijn dus blijkbaar ervaringen die je kunt vertellen, maar de werkelijke inhoud van die verhalen kennen geen woorden. Althans, niet de volledig juiste. Of het is een gebrek aan woordenschat, dat kan natuurlijk ook. Toch ga ik het in mijn volgende berichten proberen. Ik heb tenslotte beloofd dat ik met mijn billen bloot zou.  Ik ben geboren ergens op een dag eind februari 2006. Dat maakt mij nu dus bijna zeven.  Ik hoor geluiden. Een beetje vaag, ik kan het niet helemaal volgen. Mensen die roezemoezen, piepjes, zuchten, voetstappen. Enigszins gehaast volgens mij. Ik doe mijn ogen open. Hallo daar. Wereld. Ik lig in een bed, zover is wel duidelijk. Alles is wazig. Mijn zintuigen bevinden zich in een soort van mist lijkt het wel. Verdomme, ...