Doorgaan naar hoofdcontent

Het Feest van de Illusies



'Illusie' vind ik een mooi woord. Iets wat bijna elke dag wel een keer aan de orde is. Illusies te over in het leven. Verloren illusies (klik) dus ook, maar dat is dus eigenlijk dubbelop.

Waarom zitten mensen eigenlijk zo vol illusies? Man, je kunt amper 's avonds je bed instappen zonder er een paar kwijt te zijn geraakt. Alsof we met z'n allen een stelletje halve garen zijn. Wat waarschijnlijk ook wel zo is. Ik vind het vaak iets weg hebben van een sok die kwijtgeraakt is in de wasmachine: where the hell did it go??? En die andere is nu ook ineens niets meer waard. Hoewel mijn dochter van vijf het daar volledig mee oneens is. Want dan trek je er toch gewoon een andere bij aan? Gelijk heeft ze; zo veel leuker. En waarom eigenlijk twee dezelfde? Wie heeft dat bedacht?

Ik dwaal weer eens af. Wij worden, en niet alleen als het gaat om Sinterklaas, als kinderen voortdurend voor de gek gehouden. En als gevolg daarvan zijn we na ons twintigste dagelijks bezig met het verliezen van al die voorgehouden illusies. Wat een teleurstelling zeg. Ik dacht in eerste instantie dat ik toch echt beroemd zou gaan worden. En wat later ook nog rijk. Nou: geen van beiden. Ik heb ze begraven, met een kruisje erbovenop, in de achtertuin. Liefdevol afscheid nemen, zo noemen ze dat.

Ik hoor mezelf voorlezen uit boekjes aan mijn kinderen, meestal voor het slapen gaan. Gezellig knus, klein lichtje aan. Kindjes onder hun dekbedjes gekropen. De grote boze buitenwereld buiten. 

Er was eens een heel zielig meisje. Sloofje voor de 'rich and famous' (kinderarbeid; altijd!). Die rijken zijn in die verhaaltjes op de een of andere manier allemaal erg mooi. En daarbij: het sloofje is altijd lelijk. Als ze nog sloofje is dan. Maar goed: het zielige, arme, sloeberige meisje is diep diep diep ongelukkig. Ze krijgt bijna geen eten, moet altijd schoonmaken en wordt daarnaast ook nog eens voortdurend gepest. Maar op een dag kwam er een fee! Zomaar, uit het niets! En die fee maakte van het lelijke eendje  -simsalabim- opeens een prachtige, werkelijk adembenemend mooie slanke ranke zwaan met haren tot aan haar perfect geronde kontje. En toen.....kwam er ook nog ineens een prins, achter de struiken vandaan! Die prins is ook altijd een echte 'bink'. Zo een met rollende spierballen, galant, charmant, liefdevol. Tot overmaat van ramp galopperend op een wit paard. En natuurlijk heeft hij geld, 'loaded' is 'ie. Nou, en die prins valt -hoe kan het ook anders- als een blok voor het betoverde meisje. Niks 'innerlijke schoonheid'...

Oke. Ga ik dit boekje dichtslaan? Nu? En dan weggooien? Flop: rechtstreeks de prullenbak in? Mijn hemel, wat lees ik hier mijn kinderen nou eigenlijk voor? Logisch dat ook zij op een dag zullen zeggen: 'maar mam! zo is het helemaal niet! Wanneer word ik nou eindelijk betoverd? Waar blijft die fucking fee?' Tadaaa...illusie minder. En dan is het ook nog allemaal mijn schuld. Zoals natuurlijk uiteindelijk al hun ellende in hun ogen uiteindelijk mijn schuld zal zijn. Soit, ik houd er alvast rekening mee. 

Moeten we dan illusies 'en masse' afschaffen? Van tafel vegen? Niemand een illusie meer gunnen? Nee! Illusies hebben volgens mij soms ook een hele prettige functie! Volgens mij 'draaien' we erop. Heerlijk. Stel je een wereld voor zonder illusies! Zou het leven dan nog wel zo leuk zijn eigenlijk? Worden we dan niet met z'n allen cynische mensen zonder enige hoop, inspiratie, ideeën  We maken sommige dingen gewoon wat fraaier dan ze in werkelijkheid zijn. En dat is toch eigenlijk een gave. En dan kan het zelfs gebeuren dat de illusie verandert in werkelijkheid. Omdat we ernaar gaan streven. Er in willen geloven (klik) en daar naartoe gaan werken.

En dat, dat zorgt dan weer voor groei. En ja, tussendoor moeten we er ook begraven. Dat hoort er dan maar bij. Gewoon liefdevol, met een kruisje erbovenop. En daarna trek je gewoon die twee verschillende sokken aan. Hoe leuk!



Reacties

Populaire posts van deze blog

Lucky Bastard

Heel langzaam begint de mist uit mijn hoofd op te trekken. Naarmate de heftigste medicijnen afnemen, nemen ook de wanen af. De realiteit komt heel hard binnen. Met hele kleine stapjes word ik ingelicht over wat er met mij aan de hand is. Dat is hard nodig, want de situatie waarin ik me nu bevind is hel. Word ik ooit nog 'beter'? Kan ik ooit nog lopen? Kan ik ooit weer een 'normaal' leven leiden? Wat is er gebeurd? Wat is een sepsis? Wat zijn 'streptococcen'? Wat is dat voor eng beest? Hoe heeft deze bacterie zich een weg naar mijn bloedbaan gevonden? Langzaam maar zeker word het me duidelijk. Sinds de bevalling van mijn oudste werd ik opvallend vaak overvallen door griep. Ik werkte ondertussen weer. Het was een periode van een voortdurende staat van 'je gammel voelen'. Niet fit, niet lekker in je vel. Alles viel voor mij onder de noemer: ach, het zal erbij horen. Net moeder geworden, de aanpassingen, werk, het geregel. Te vaak was ik ziek en na al

De Dood

Op de intensive care van een ziekenhuis gebeurt natuurlijk van alles. Het is een aparte afdeling, niet te vergelijken met andere. Er werken mensen die een speciale opleiding hebben genoten, logisch. Leven en dood staan er erg dicht naast elkaar. Het zal een roeping zijn, ik persoonlijk moet er niet aan denken er te werken. Opvallend vrolijk zijn ze ook, die mensen daar. Althans, naar mij toe. Maar ik was denk ik dan ook een 'blije' ervaring. In hun ogen dan.  Nare ervaringen zijn er ook zat.  Die kon ik vanuit mijn bed volgen. Net zoals je in een hotel de buren hoort, is dat in een ziekenhuis niet anders. Nou ja, wel anders natuurlijk. Andere context zeg maar. Al mijn Lieven die al die weken hun schema's moesten omgooien om mij te bezoeken kunnen er luid over meepraten. Achteraf ben ik deelgenoot gemaakt van een aantal ervan. Andere kwamen rechtstreeks binnen, nadat ik bijgebracht was uit de coma. Veel oude mensen dus. In het ziekenhuis. Niet verbazingwekken

Totale Gekte

Voor mij zijn in het leven twee dingen duidelijk: je wordt alleen geboren en gaat ook weer alleen dood. En in de tussentijd moet je er wat van zien te maken. Nou, en die tussentijd, dat is nogal een klusje. Helemaal als je er te vaak bij stil staat. Het jaar na mijn ziekenhuisopname (zie blogs januari 2013) droeg ik het dagelijks bij me. En nog steeds komt het soms naar boven. Dat eerste jaar na mijn ontslag uit het ziekenhuis stond ik ook niet stil natuurlijk. Dat zou je misschien wel verwachten en achteraf bezien was het waarschijnlijk ook wel wat wijzer geweest, maar zoals ik al eerder schreef: ik wilde zo snel mogelijk 'back to normal'. Dus begon ik in september van dat jaar weer met werken. Nog niet volledig maar toch. En raakte ik prompt in oktober zwanger van mijn tweede. Niet gepland maar wel gewenst, zoals ze dat dan zeggen. Dat jaar huilde ik om alles. Alsof ik alles voor het eerst meemaakte. Zo herinner ik me een concert. Stond ik daar te janken. Bij alle